125 jaar Kaats Vereniging Jan Bogtstra
Kaats Vereniging Jan Bogtstra is opgericht op 23 augustus 1893 in café ‘De Belt’ aan de Harlingerweg. Dit café werd later beheerd door de bekende kaatser Anne Smidts. Met een letterlijk citaat uit het eerste jaarverslag is het geboortebericht van de Kaatsclub ‘Jan Bogtstra’ te geven: “Op ’t initiatief van eenige heeren uit ons midden werd in een gezellig rondtje de mogelijk(heid) besproken alhier ter plaatse een kaatsclub op te richten. Om zoodoende ’t oude spel weder onder alle standen te doen innemen”.
De Franeker Courant van 27 augustus 1893 had het nieuws natuurlijk ook opgenomen:
“Teneinde het kaatsspel weder ingang te doen vinden ook onder de burgers onzer stad en alzoo het kaatsen in zijn oude eer te herstellen, hebben eenige ingezetenen deze week het initiatief genomen tot oprichting eener kaatsclub. In eene Woensdagavond j.1. gehouden vergadering is de kaatsclub tot stand gekomen, een reglement vastgesteld en zijn een bestuur en een jury benoemd. De club stelt zich ten doel door het houden van kaatsoefeningen op vaste tijden gedurende het kaatsseizoen het kaatsspel te verheffen, terwijl eenmaal in het jaar onder de leden een wedstrijd zal worden gehouden.
Tegen een bedrag van minstens 1 gulden per jaar kunnen donateurs tot de vereeniging toetreden, om door hunne bijdrage het goede doel te steunen. De vereeniging draagt den naam van ‘De Kaatsclub Jan Bogtstra’, waartoe de heer Bogtstra der vereeniging verlof heeft gegeven. De jury bestaat ult de heeren R. Koopmans, P. Bijlsma, W. Ferwerda, B. de Boer en Joh. Terpstra; het bestuur uft de heeren W. Westra, G. van der Wey, P. du Bois, D. van der Stal en J. Wouters, waarvan de heer Westra tot president is gekozen. Tot de kaatsclub zijn toegetreden 48 leden, terwijl het getal begunstigers reeds een 40-tal bedraagt. De oefeningen zullen worden gehouden in een weiland, dichtbij de stad gelegen. Liefhebbers van het kaatsen mogen hopen dat ‘De Kaatsclub Jan Bogtstra’ mag zijn een gezond kind met een krachtigen groei.”
Bepaalde omschrijvingen treffen ons in de beide verslagen en doen de vraag stellen wie precies de bestuurders en leden waren. Immers: het kaatsspel “weder ingang doen vinden óók onder de burgers onzer stad ”en“ hett oude spel weder onder alle standen te doen innemen”, doet iets vermoeden. Wie waren de bestuursleden, de jury en de leden?
Bij de leden uit 1893 valt duidelijk te constateren dat deze afkomstig waren uit wat we tegenwoordig de middenstand zouden noemen. Bakker, meubelhandelaar, schilder, onderwijzer, grossier, winkelier, timmerman, slager en fabrikant waren verOp deze deelnemerslijst van de eerste Iedenpartij komen vele bekende Franeker namen voor.
De lijst van de eerste ledenwedstrijd, gehouden op zondag 17 september, zal zeker voor oude(re) Franekers vele bekende namen oproepen. Om bij toelating van leden enige sociale controle te kunnen handhaven, zal bet artikel in het reglement bedoeld zijn, dat gaat over ballotage: “Aangifte van nieuwe leden heeft plaats voor I april bij den secretaris. Na oproeping in ’t plaatselijk blad. Ballotage over deze heeren zal geschieden in een vergadering door ’t bestuur te beleggen”. De status der leden word I. ook nog eens bevestigd door een vraag in de vergadering van 24 oktober 1894, of het niet mogelijk zou zijn de vergaderingen op een andere dag, en wel op maandag, te hou den omdat zich onder de leden veel reizende kooplieden bevinden en dezen midden in de week meestal uitstedig zijn. We blijven nog wel even in verwarring over het kaatsen door de “arbeiders stand” in deze jaren. Hun vereniging ‘De Eendracht” is in 1896 opgericht. Maar de onderlinge verhoudingen moeten goed zijn geweest, getuige een advertentie uit augustus I 897 waarin de leden der kaatsvereniging “De Eendracht” hun ledenpartij aankondigen, te houden op het terrein van de kaatsclub “Jan Bogtstra”, hiervoor welwillend afgestaan.
Zeker is, dat de kaatsvereniging tot stand kwam in een periode waarin behoefte werd gevoeld aan meer organisatie en leiding bij de beoefening van de kaatssport. langzamer hand kon bij het kaatsen ook meer van sport worden gesproken, hoewel het kasteleins kaatsen nog niet geheel voorbij was. Enige in die tijd opgerichte kaatsclubs kwamen regelrecht voort uit de verenigingen voor volksvermaken. Dit blijkt nog steeds uit de benamingen van de verenigingen te Berlikum, Hoiwerd, Minnertsga, Rauwerd en Tzummarum, die de aanduiding V.V.V. dragen.
Op deze deelnemerslijst van de eerste ledenpartij komen vele bekende Franeker namen voor. Het Franeker stadsleven kende, sociaal gezien, enige geledingen meer dan een dorpssamenleving. Daarom valt het niet te verwonderen dat er een tweetal clubs ontstonden. De eerste bestuursleden van Jan Bogtstra waren van het platteland afkomstig. Werden ze geïnspireerd door jeugdherinneringen? Een dosis idealisme moet ook hebben meegespeeld, gezien hun andere maatschappelijke betrokkenheid bij het Franeker van die da gen. En bij de onderwijzer Willem Westra werd zijn streven de kaatssport op een hoger plan te brengen ook gedragen door zijn opvattingen over de positieve invloed van de sport op lichaam en geest.
Op de achtergrond van de bovenomschreven gunstige geboorteomstandigheden van de Franeker kaatsclub, ontwaren we de grote stimulator en organisator Jan Bogtstra, naar wie met aller instemming de club was genoemd. Natuurlijk is het ontstaan der vereniging een samenspel van gunstige factoren en het werk van verscheidene personen geweest. Het wordt echter hoog tijd om speciale aandacht te schenken aan de man die zo lang met succes zijn bijdragen aan de kaatssport heeft geleverd.